Gedeputeerde Henk Jumelet. (foto: provincie Drenthe)
Gedeputeerde Henk Jumelet. (foto: provincie Drenthe)

Drenthe roept kabinet op tot realisme en perspectief

Algemeen

DRENTHE - Het college van Gedeputeerde Staten van Drenthe legt de stikstofkaart die vorige maand gepresenteerd werd in de startnotitie Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) terzijde en roept het kabinet op tot realisme en perspectief. 

Wat Gedeputeerde Staten betreft is de gepubliceerde kaart met kleurtjes en percentages geen geschikt uitgangspunt voor het Drentse proces, het wettelijke doel wél. Gedeputeerde Staten leggen prioriteit bij een zorgvuldige inrichting van de gebiedsprocessen: dáár moeten de gesprekken gevoerd worden met direct belanghebbenden en vertegenwoordigende partijen op basis van kennis in en van het gebied. Dat moet leiden tot een realistische aanpak waarbij ook de sociaaleconomische gevolgen in beeld komen en worden afgewogen.

Het college van Gedeputeerde Staten voelt een grote verantwoordelijkheid om onverminderd te werken aan natuurherstel en het terugdringen van de stikstofdepositie in natuurgebieden. Alle sectoren hebben hun bijdrage te leveren aan emissiereductie van stikstof. Gedeputeerde Staten betreuren het dat nu alle aandacht uitgaat naar de bijdrage van de agrarische sector, in de wetenschap dat ook voor mobiliteit en industrie in het najaar een opgave bekend zal worden. Gedeputeerde Henk Jumelet: ,,Na het verschijnen van de brieven van minister Van de Wal en minister Staghouwer heb ik onrust, boosheid en radeloosheid gezien bij veel boeren en hun gezinnen. Dat raakt ons allemaal. In de vele gesprekken is het ongenoegen uitgesproken over de eenzijdige nadruk op de bijdrage van de boeren. Dat is wat mij betreft niet goed gegaan. Wat nu nodig is, is samen werken aan herstel van vertrouwen, want we hebben ook in onze provincie veel werk te doen. In de Drentse aanpak leveren alle sectoren evenredig en gelijktijdig een bijdrage.’’

Het college heeft zorgen over het ontbrekende toekomstperspectief voor de agrarische sector en de gevolgen voor de leefbaarheid, werkgelegenheid en bestaanszekerheid op het platteland en roept het kabinet op zo snel mogelijk met concrete voorstellen en maatregelen te komen.

De provincie Drenthe hanteert het in 2021 door Provinciale Staten vastgestelde Koersdocument als basis om verdere uitvoering te geven aan de Drentse aanpak. Net als alle andere provincies wordt er op dit moment gewerkt aan natuurdoelanalyses en wordt ingezet op een aanpak voor een dekkend meetsysteem voor emissie en depositie van stikstof. De provincie werkt ondertussen verder aan de maatregelen in het programma Natuur met een totale omvang van ruim 70 miljoen euro voor de periode 2021-2023. Ook hoopt het college snel duidelijkheid te krijgen van het Rijk over de versnellingsmogelijkheden die zijn ingediend, waarin de innovatie binnen de landbouw een grote rol heeft. Dit door Drenthe ingediende pakket aan maatregelen voor de periode 2022-2023 beslaat ruim 76 miljoen euro, gericht op pilots in overgangsgebieden rond stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden, het verbeteren van hydrologie en innovatieve maatregelen die bijdragen aan toekomstgerichte landbouw, zoals de maatregelen in het programma Boer Burger Natuur Drenthe (BBND).

Het college van Gedeputeerde Staten benadrukt dat maatwerk nodig is in de gebiedsaanpak en vraagt daar ruimte voor.