Boeren in het Noorden zijn graag bereid om te investeren in kleine windmolens.
Boeren in het Noorden zijn graag bereid om te investeren in kleine windmolens.

Boeren willen investeren in kleine windmolens

Algemeen

REGIO - Boeren en tuinders in de drie noordelijke provincies willen graag investeren in kleine windmolens. Dat blijkt uit een ledenraadpleging van LTO Noord.

Veel agrariërs hebben al geïnvesteerd in duurzame energie of willen dit graag doen, zo blijkt uit de enquête. Maar liefst 54 procent van de respondenten heeft geïnvesteerd in zonnepanelen en 36 procent wil investeren in een kleine windmolen. ,,Met windenergie kunnen we voorkomen dat vruchtbare landbouwgrond verloren gaat aan zonneparken”, zegt regiobestuurder Tineke de Vries van LTO Noord.

Ook blijkt dat 9 procent van de respondenten uit Drenthe, Groningen en Friesland al over een kleine windmolen beschikt. Vooral onder agrariërs in Friesland is veel animo voor kleine windmolens. Dit heeft er alles mee te maken dat boeren en tuinders in deze provincie sinds kort maximaal drie windmolens met een ashoogte van 15 meter mogen aanleggen om te voorzien in duurzame energie.

RES
De aanleiding voor dit onderzoek van LTO Noord zijn de Regionale Energiestrategieën (RES) die in de drie noordelijke provincies worden gemaakt. Hier is LTO Noord bij betrokken. De organisatie pleit voor meer ruimte voor de aanleg van zonnepanelen op daken en de investering in windenergie op het boerenerf. Tineke de Vries: ,,Blijkbaar zijn veel zonneparken in handen van buitenlandse investeerders. Deze gronden zien wij als agrarische sector waarschijnlijk niet meer terug. Daarom is het zaak dat wij de vinger aan de pols houden en betrokken worden bij het maken van de RES.”

In Drenthe heeft LTO Noord afspraken gemaakt met de provincie en gemeenten om agrariërs bij dit vraagstuk te begeleiden. De Vries: ,,Wij gaan de boer op en zorgen dat de praktijk, kennis en deskundigheid worden meegenomen naar de provincie. We werken nauw samen. Er zitten geen commerciële partijen tussen. Met deze aanpak kunnen we boeren beter begeleiden bij de investering en subsidieaanvraag.”